De weg uit de corona-crisis is gevaarlijker dan de crisis zelf, stelt Arjen Boin. “De Nederlandse politie is er zich van bewust dat dat zij door burgers geaccepteerd moet worden. Anderhalve meter is zo willekeurig, daar is weinig bewijs voor.’
”Maart was de echte crisismaand. Oplopende cijfers, niet weten waar het gaat eindigen. Nu is de acute dreiging er niet meer, het tekort aan IC-bedden is weggewerkt, de ziekenhuizen weer in control. We zijn een beetje gewend.” Het is geen crisis meer, wil Arjen Boin maar zeggen. Boin, hoogleraar ’publieke instituties en governance’ aan de Universiteit Leiden en partner van adviesbureau Crisisplan, noemt de huidige situatie (op tweederde van mei, red. ”een ingewikkeld maatschappelijk probleem”. Hij maakt de vergelijking met armoede en klimaat. Complexe vraagstukken met veel politieke turbulentie en grote maatschappelijke impact. Maar crisis? Nee.
Wat wel?
”Dit is de post crisis fase. En die is heel interessant. We weten dat die fase bij de ene crisis sneller gaat dan bij de andere. Dat heeft te maken met waar je als samenleving na de crisis terecht bent gekomen. Is er bijvoorbeeld veel polarisatie tussen groepen, of tussen overheid en bevolking?”
En?
”Dat valt wel mee hier. Het is nu een zoektocht naar een nieuwe balans, we wankelen uit de crisis. De economische crisis die we nu krijgen, is normaler, bekender. Dat geeft een andere beleving. Zelfs als het virus weer terugkeert, dan geeft dat niet meer de shock van maart.”
Waarom valt hier ’wel mee’?
”We hebben hier geen strenge lockdown gehad. Iedereen kon toch redelijk doen wat hij wilde. Vergelijk het maar eens met Frankrijk, Italië en Spanje. Er was hier ook geen hele strenge handhaving. Kijk naar het aantal boetes dat in Nederland is uitgedeeld. Daar wordt nu her en der op gemopperd, maar als dat het probleem is dan is er geen probleem. De verhouding tussen burger en staat is niet op scherp gesteld, tussen burgers onderling ook niet.”
Tegengas
De weg uit de crisis is voor bestuurlijk Nederland geen sinecure. Boin spreekt van een mogelijke ”crisisverslaving”. Verantwoordelijken benadrukken telkens dat er nog wat kan gebeuren, ”in Den Haag blijven ze maar waarschuwen”. In maart was er een duidelijke vijand die verslagen moest worden. Nu speelt de verdeling van ”schaarse goederen” en wordt het politiek. Partijen worden boos. ”Als hele groepen niet aan de gang mogen van de overheid en anderen wel, geeft dat natuurlijk gedonder.”
Welke stap moet gezet worden?
”Op nationaal niveau is het bestuur best succesvol geweest in het rap improviseren van capaciteit. Dan creëer je aan de top dat lekker top-down de uitvoering wordt ingedoken. Snel beslissingen, niet eindeloos praten. Dat is prettiger werken. Nu gaat de versoepeling ook top-down en dat is in zichzelf al tegenstrijdig: je geeft meer ruimte, maar vervolgens ga je vanuit je oude crisis-stand die ruimte wel gedetailleerd invullen. Het is van de zotte dat departementen dit dood gaan protocolleren.”
Wat is er nodig?
”Tegengas. De burgemeesters van de grote steden moeten zeggen ’Heel veel dank, hartstikke goed gedaan, maar nu gaan we het zelf doen’. Natuurlijk is Amsterdam anders dan Franeker. In het noorden hebben ze nauwelijks corona gehad. Het bestuurlijk krachtenspel in Nederland moet weer op gang komen. Laat ze in Leiden maar heel streng zijn en in Den Bosch minder. Laat de een maar slimmer zijn dan de ander. Zo hoort het hier.”
Gezond verstand
In een eerder interview in deze corona-serie bepleitte lector Otto Adang ”de anderhalve meter niet te criminaliseren”. Je zou het een voorbeeld kunnen noemen van het ”tegengas” dat de politie kan geven. Boin is het in ieder geval roerend met Adang eens.
”De Nederlandse politie is er zich altijd erg van bewust dat er legitimiteit moet zijn, dat zij door burgers geaccepteerd moet worden. Anderhalve meter is zo willekeurig, daar is weinig bewijs voor. Maar we zijn hier van het gedogen. Wat we met links nemen, geven we weer weg met rechts, dus met die anderhalve meter komt het wel goed.”
De politie kan vanuit haar DNA een nuttige rol spelen in de post-crisis fase?
”Het lijkt mij juist als de politie nu niet gaat optreden als het verlengstuk van het openbaar bestuur. Dat past niet in de traditie en ze hebben er de capaciteit ook niet voor. Ik denk niet dat er een eenheidschef zal zijn die van die anderhalve meter een beleidsmantra maakt.”
De discretionaire ruimte van de politie doet er hier toe?
”De politie maakt altijd keuzes. Dat doet ze in principe met gezond verstand, met het oog op proportionaliteit en functionaliteit, en daar is de Nederlandse politie, op soms een incident na, by and large goed in. Het is nog steeds een heel populair instituut.”
Heeft ze in deze aan de bestuurstafels ook een rol?
”Het lijkt me in ieder geval zo dat je in de lokale driehoek aangeeft wat je mogelijkheden en beperkingen zijn. Natuurlijk moeten de teamchefs daar iets van zeggen. En ik hoorde Henk van Essen al mopperen dat er te veel zaken op de plank blijven liggen. Wat er niet kan door beleidskeuzes, doordat we te lang in de crisisstand blijven hangen, moet voor het voetlicht komen. En als de politie dan wel met de meetlat op pad moet…”
Onderuit
Er staat volgens Boin in de post-crisis fase echt wat op het spel. Hij noemt de huidige periode ”de gevaarlijke fase”. Mark Rutte mag dan op gegeven moment van 92 procent van de bevolking steun hebben gehad voor zijn aanpak, ”vertrouwen komt te voet en gaat te paard”.
Gevaarlijk?
”De crisis zelf was helemaal niet zo moeilijk. De zorg werkte heel hard, de rest bleef redelijk stil zitten. Maar die 99 procent blijft dat niet voor die ene procent doen. Als mensen failliet gaan dan kun je snel legitimiteit kwijtraken. Het gaat om het vertrouwen in de overheid. Je wilt niet dat ze bij een volgende crisis, bijvoorbeeld zo’n tweede golf, denken ’Ja, dahag, dat doen we dus niet’.”
Daar zou je als politie ook lekker mee zijn
”Let op, het is in de Verenigde Staten al gaande. Daar vervult de politie een heel andere rol. Als er niet meer geluisterd wordt naar Rutte en collega’s, dan mag de politie echt gaan handhaven. En dan kan je legitimiteit weleens hard onderuit gaan.”
Dit interview is onderdeel van een serie artikelen over politiewerk en politieleiderschap in en na de coronacrisis. De serie is geinitieerd door het team Politieleiderschap van de Politieacademie.
Geef een reactie