Twintig jaar op de Utrechtse tippelzone. Jan Schoenmaker, uitgeverij Ambo|Anthos, 156 pagina’s, ISBN 978 90 263 5044 3.
Na 20 jaar surveillancedienst was Jan Schoenmaker toe aan een nieuwe uitdaging. Die kreeg hij. Hij werd wijkagent van een deel van de stad Utrecht waar ook de tippelzone onder viel. In 1986 werd de Europalaan te Utrecht aangewezen als officiële gedoogzone voor straatprostitutie. Als Jan in 1992 het wijkagentschap aanvaardt, is de overlast op De Baan enorm: verslaafde tippelaars, dealers, ruzies en drukte op straat, tentjes in de struiken, condooms op kinderspeelplaatsen. Buurtbewoners vinden injectienaalden in hun brievenbus.
De situatie grijpt Jan aan maar hij veroordeelt niet: “Je hoeft het niet eens te zijn met hun keuzes, maar ze verdienen in elk geval een normale behandeling” en “Nóóit mag je iemand afschrijven!”. Jan werkt niet altijd volgens het boekje. Maar hij bewandelt ook de juiste officiële wegen. In samenwerking met collega’s en de gemeente wordt de overlast aangepakt. De zone wordt geografisch begrensd. Er komt een afwerkplek waar sociale controle bescherming biedt.
Sekswerkers moeten een vergunning hebben en zich aan voorwaarden houden. De vergunningen worden regelmatig gecontroleerd. Een HAP-bus biedt een rustplek met een kachel, koffie en beschermende middelen als condooms. Ook komt een huisarts op locatie. Hoewel Jans optreden soms negatief inwerkt op het verdienmodel van de aanwezigen, wordt hij door de werkers (en profiteurs) van De Baan gewaardeerd.
Dat blijkt als hij bij een controle met een auto wordt meegesleurd. Van alle kanten schieten collega’s hem te hulp. Ter plaatse blijken zij de bestuurder te moeten beschermen. Dames, pooiers en dealers dreigen de bestuurder te lynchen. Het wordt leefbaarder in de wijk. Het succes van de Utrechtse aanpak krijgt (inter-)nationaal aandacht en waardering.
Maar de drugscene verbreedt en verhardt. Afrikaanse dealers nemen de drugshandel over en Oost-Europeanen de vrouwenhandel. Stationsgebied Hoog Catharijne wordt Heroïnehart van Nederland. Georganiseerde criminaliteit zet voet aan de grond. Jan en zijn collega worden ernstig bedreigd. Openhartig beschrijft Jan zijn angsten en twijfels. Maar hij blijft onverzettelijk.
Hij zoekt en krijgt steun van een collega wijkagent en de hondenbrigade. Het wordt rustiger op de Baan maar er blijft werk in overvloed. Nog altijd zijn er vrouwen die er niet staan voor zichzelf. Jan verhaalt prachtig over schrijnende vervlogen tijden. Met zijn moedige aanpak maakte hij het verschil in het leven van velen.
Geef een reactie