Als strategisch politie-liaison in het Verenigd Koninkrijk heb ik de ontwikkelingen rondom Brexit van het prille begin (referendum juni 2016) tot heden van dichtbij kunnen volgen. Bijna drie jaar zijn ondertussen verstreken sinds het Britse volk met nipte meerderheid (52 procent) koos voor het verlaten van de EU. De Britse politie en Home Office (Binnenlandse Zaken) waren totaal niet voorbereid op deze uitkomst. Het plannen maken kreeg een langzame start, mede doordat men eerst intern zijn weg moest vinden.
Het nieuwe ministerie DeXEU (Department for Exiting the EU) maakte het er niet gemakkelijk op. Vanuit alle bestaande ministeries werden ambtenaren naar DeXEU gestuurd om een nieuw ministerie op te tuigen, speciaal voor het verlaten van de EU. Home Office als leidend ministerie voor politiezaken kreeg opeens een adviserende in plaats van een leidende rol in de beleidsontwikkeling.
Er vonden tal van publieke hoorzittingen plaats door parlementaire commissies. Zo werden de kopstukken van de National Crime Agency (NCA), Londen Metropolitan Police en de Britse raad van korpschefs diverse malen als getuige gehoord over hun beelden in een post-Brexit tijdperk. Veel van hun reacties en visies zijn terug te vinden in de Britse wens om de huidige samenwerking met de EU op politieel en justitieel gebied te continueren. Een van de meest opvallende uitspraken van de NCA was dat samenwerking met de politiële partners in de EU van “vitaal belang was voor de Britse nationale veiligheid en de veiligheid in de resterende EU-lidstaten”. De wens van de Britten om de bestaande samenwerkingsverbanden (zoals Europol, Eurojust) en gebruik EU-instrumentarium (zoals Europees Arrestatie Bevel, Europees Onderzoeksbevel, SIS II) volledig te handhaven, lijkt gelet op de politieke ontwikkelingen niet reëel. Maar het is wel begrijpelijk gezien de huidige efficiënte en doelmatige wijze van samenwerking binnen de EU.
De Britten hebben ondertussen niet stil gestaan en hebben alternatieven in kaart gebracht en een nieuwe operationele eenheid (International Crime Coordination Centre) geïmplementeerd die nationaal een coördinerende rol krijgt voor de internationale politiesamenwerking met de 27 EU-lidstaten. In deze eenheid zijn de 43 onafhankelijke politiekorpsen, Scotland Police, North Ireland Police en Crown Prosecution Office vertegenwoordigd. Op zichzelf een stap voorwaarts, want onderlinge samenwerking tussen de vele Britse opsporingsdiensten is zelfs voor de Britten een hele uitdaging. Op dit moment (mei 2019) heeft het VK voor de tweede keer uitstel gekregen.
De exit-datum is nu verschoven naar 31 oktober 2019. De onzekerheid over Brexit neemt bijzonder genoeg drie jaar na het referendum niet af, maar eerder toe. Recent heeft de Britse raad van korpschefs een opmerkelijke en evenzo ongewone oproep gedaan aan Britse politici om hun toon, voor wat betreft de tegenstellingen die het Brexit-dossier met zich brengt, te matigen uit angst voor toename geweld en onrust in de samenleving.
Grote demonstraties van zowel remainers als leavers kennen tot nu toe een redelijk rustig verloop, maar de eerste tekenen van geweld hebben zich al voorgedaan in de richting van journalisten.
Ook rechts-extremistische groepen mengen zich ondertussen in het politieke debat. Veel bedrijven verlaten ondertussen het VK evenals de nodige niet-Britse burgers. Men voelt zich niet meer welkom, is een veel gehoord geluid. Het is en blijft een spannende tijd in het VK, de onzekerheid blijft en daarmee ook het belang van het zoeken naar een werkbare toekomstige oplossing tussen het VK en de EU op het gebied van veiligheid.
Geef een reactie