Ik weet niet of u dat ook zo voelt, maar er lijkt iets te veranderen rond de politie. Een mooi signaal vond ik de gedichtenbundel Lange Armen van de Dichter des Vaderlands, Ester Naomi Perquin. Een van de gedichten begint met: ‘We hadden een man die duiven verdrinkt’. De gedichten raken op voortreffelijke wijze de complexiteit, de absurditeit en het gevoel dat politiewerk met zich meebrengt. Het doet me onmiddellijk denken aan een zaak van mezelf waarin iemand een kwarteltje onthoofdde. We gaan weer meer precies naar politiewerk kijken en dat is mooi, want dan herontdekken we de betekenis ervan.
Eenvoudig
Dat zien we ook in de zoektocht naar de manier waarop taal gegeven moet worden aan de effecten van politiewerk. Sommige wat meer economisch geschoolde mensen willen harde data. De cie-Kuijken beklaagt zich erover dat ze het rendement van de politie niet kan aantonen. Overigens, een van de leden van de commissie zei in een discussie dat het rendement ook in een gezaghebbend verhaal mag worden aangetoond. Dat klinkt dan toch weer anders dan het leek opgeschreven. Inmiddels organiseert de politie sessies om hierin iets te verzinnen. Er worden pilots gestart om te experimenteren met anders verantwoorden. En tegelijkertijd, een hoge ambtenaar van Justitie en Veiligheid vertrouwde me toe: “Eigenlijk is het eenvoudig. Als ik tevreden burgers, bestuurders en dienders zie, wie kan er dan nog ontevreden zijn?” Ik ben het met hem eens.
De politie is er immers voor de burgers. Bestuurders zetten zich net als de politie in voor het goede samenleven en als het dan misgaat – in het groot of in het klein – rekenen zij op hun politie om de mensen te helpen of te begrenzen en de situatie zo snel mogelijk te normaliseren. En uiteraard is het van belang dat medewerkers tevreden zijn. Niet alleen sowieso omdat dat voor henzelf plezierig is, maar ook omdat tevreden medewerkers zich veel beter inzetten. Als politiemensen ruimte ervaren om vanuit hun passie te werken, dan komt het met de tevredenheid van burgers en bestuurders ook wel goed.
Ik steun dus deze topambtenaar. Doen zo, zou ik zeggen. Maak het niet moeilijker. Werk hieraan.
Principes
Wat kunnen we dan doen om de bezieling en de vitaliteit van politiemensen nog verder te versterken? Interessant is dat de besprekingen voor een nieuwe CAO zijn gestart. Ik heb inmiddels de verschillende inzetbrieven van de bonden gelezen. We kampen met vraagstukken van duurzame inzetbaarheid. In dit Tijdschrift wordt verteld over het tegengaan van mentale pensionering. We vinden ook een vurig pleidooi van Jan de Dreu om beleid en leiderschap te richten op de unieke talenten van onze mensen. Niet minder interessant is het pleidooi van Jaap Boonstra om leiderschap meer om te vormen naar het begeleiden en stimuleren van medewerkers, ook in steeds veranderende omstandigheden. Isolde van Roekel reikt handvatten aan om medewerkers in hun kracht te houden.
De verbindende boodschap is dat HRM-beleid en leiderschap zich moeten richten op het sterk maken van mensen, onder meer door ze serieus te nemen. Als je de artikelen leest, lijkt dat toch een wat radicalere verandering te vragen dan die in de inzetbrieven wordt voorgesteld.
In het korps wordt volop gezocht naar manieren om de kracht van politiemensen tot ontwikkeling te laten komen. Zo worden binnen het korps nieuwe organiseerprincipes ontleend aan mooie voorbeelden van teams die excelleren omdat politiemensen met elkaar aan de slag gaan om het goed te doen. Zij komen tot prachtige prestaties en het ziekteverzuim is er laag. Die organiseerprincipes zijn behoorlijk anders dan wat we gewend waren. Ik noem ze: 1) Deel verhalen. 2) Voel je verantwoordelijk. ‘Doe wat nodig is.’ 3) Boek resultaten samen met burgers, partners en de verschillende teams van de politie. 4) Maak goed politiewerk bespreekbaar. 5) Experimenteer en speel wendbaar in op veranderende omstandigheden. Rode draad is hoe de politiemens in het middelpunt wordt gezet en dat het van hem of haar wordt verwacht.
Uitgangspunt
In nummer 4/2017 van dit Tijdschrift hielden Thijs Jansen en ik een hardgrondig pleidooi voor verandering van het huidige door rechtspositie gedomineerde HRMbeleid. We stelden voor het te gooien over de boeg van beroepstrots en beroepseer. We citeerden Herman Wijffels, die zei dat we op weg zijn naar een nieuwe maatschappelijke ordening waarvan gemotiveerde professionals de pijlers zijn.
Velen zullen dit in woord beamen, maar mijn waarneming is dat weinigen het vanzelfsprekend vinden die gemotiveerde professional als uitgangspunt van denken te nemen. We zijn immers gewend het van bazen en beleid te verwachten en dat laat je niet zomaar los. Dingen veranderen. Ik hoop dat de grote verandering is dat velen onze politiemensen nog serieuzer gaan nemen dan ze al doen.
Een beetje als vertrekpunt van het denken. Onze Dichter des Vaderlands keek intensief mee. Ze schreef: ‘Iemand zei: wie je niet redt blijft je langer bij / dan hele rijen op het droge.’ Politiewerk, in de diepte. Ester Naomi Perquin gaat ons voor. In haar terugblik schrijft ze dat er veel politiemensen waren waar ze gaandeweg een beetje verliefd op werd. Ze schrijft: ‘Eén agent zei: Kijk, jij schrijft het gedicht, maar wij werken erin.’ Indrukwekkende teksten over politiewerk en ook over de mensen die het doen.
Geef een reactie